Wat hebben jullie goed gewerkt. Jullie zijn nu klaar met de opdrachten en kunnen een groep mensen mee op reis nemen. Jullie hebben als het goed is veel geleerd de afgelopen lessen. Een paar van die geleerde dingen hebben jullie waarschijnlijk onbewust geleerd omdat jullie nu op een hele andere manier met leerstof bezig zijn geweest. Jullie kunnen controleren of jullie alles wat jullie moesten leren ook echt geleerd hebben door de volgende doelen door te lezen.

De leerling kan samen met een andere leerling werken aan een opdracht.
De leerling kan gericht informatie zoeken op internet.
De leerling kan de gevonden informatie gebruiken bij het beantwoorden van vragen.
De leerling kan gevonden informatie in eigen woorden uitleggen.
De leerling kan beschrijven hoe een vulkaan ontstaat.
De leerling kan beschrijven hoe het komt dat platen bewegen.
De leerling kan de 3 vormen van plaatbewegingen beschrijven.  
De leerling kan de verschijnselen die bij de 3 vormen van plaatbewegingen komen kijken beschrijven. 
De leerling kan 4 verschillende soorten schaalniveaus beschrijven aan de hand van een voorbeeld. 
De leerling kan beschrijven hoe verschillende godsdiensten over een bepaald gebied zijn verdeeld. 

De leerling kan verkregen kennis verwerken in een praktische opdracht.

Kunnen en weten jullie dit allemaal? Dan hebben jullie super veel geleerd in de afgelopen lessen.
Als jullie veel van deze dingen niet weten of kunnen moeten jullie alles nog maar even een keer goed doorlezen.